1 |
Breng water aan de kook voor de zoete aardappel en aardappel. Schil de aardappels en snijd in gelijke stukken. Kook 20-25 min tot alles gaar is. Giet na het koken af en vang een kopje kookvocht op. |
2 |
Snijd de courgette in halve maantjes. Snijd de bleekselderij in boogjes. Borstel de kastanje champignons schoon en snijd in plakjes. Snipper de ui fijn. |
3 |
Verhit olie in een koekenpan. Fruit in de ui op laag vuur 1-2 min tot deze zacht is. Voeg dan de courgette, bleekselderij en kastanje champignons toe en bak nog eens 3-4 min op middelhoog vuur. |
4 |
Breng een pan water aan de kook voor de rookworst. Draai het vuur lager zodat het water tegen het kookpunt blijft, maar níet kookt en leg de rookworstjes (in de verpakking) in de pan. Laat 15 min opwarmen. |
5 |
Stamp de aardappels tot een puree en maak smeuïg door wat kookvocht en ketjap toe te voegen. Schep de gebakken groenten door de puree heen. Breng op smaak met peper en zout. |
6 |
Snijd de lente ui in ringetjes. Serveer de zoete aardappelstamppot met de gebakken groenten en mini rookworst. Garneer met lente ui. |